In een onteigening wordt door de onteigende maar al te vaak een beroep gedaan op zelfrealisatie. Enerzijds soms gemeend, anderzijds een middel om de onteigeningsprocedure te rekken. Het recht op zelfrealisatie vindt zijn oorsprong in de Kroonjurisprudentie van artikel 79 van de onteigeningswet. In dit artikel wordt als voorwaarde gesteld dat onteigening alleen door de Kroon goedgekeurd wordt als het ‘volkshuisvestingsbelang’, ‘publiek belang’ wordt gediend en ‘noodzakelijk’ en ‘urgent’ is. Er zal niet in alle gevallen sprake zijn van een volkshuisvestingsbelang. Hier kan ook sprake zijn van de ruimtelijke ontwikkeling. Artikel 79 lid 1 van de onteigeningswet zegt hierover het volgende: